De romeinse taal

De Romeinenen spraken Latijn. Toen het Romeinse rijk uit één viel ontstonden er andere talen. Dus ( bijna ) alle talen stammen af van het Latijn. De latijnse taal nam veel woorden van het Grieks over, nadat ze Griekenland hadden veroverd. Dat was rond het jaar 150 v.chr. Je kan op de middelbare school latijn leren. Dit is handig als je bijvoorbeel bioloog of arts wilt worden.

Ook kennen veel mensen de Romeinse cijfers, die gebruikte ze om de belasting te berekenen en schulden te kunnen bijhouden. De Romeinse cijfers kende het getal 0 niet.

I   1

V   5

X   10

L    50

C    100

                                                              D     500

                                                              M   1000

Aan de hand van deze getallen konden de Romeinen alle cijfers maken en ze gebruiken.